Om te voorkomen dat goederen in de containers worden aangetast door dieren, zoals insecten en andere dragers van ziekte, worden de containers vaak giftige of verstikkende gassen ingespoten.
Ontsmettingsmiddelen zijn uiterst giftig en schadelijk voor de gezondheid. Om te zorgen voor een adequate bescherming, moet de concentratie van de gebruikte ontsmettingsmiddelen worden gemeten.

Geschikte meetinstrumenten worden gebruikt om het type en de concentratie van ontsmettingsmiddelen te bepalen voor het openen van een container of het betreden van andere ruimten.
Daarbij is het belangrijk om te controleren of het zuurstofgehalte in de container of andere ruimten goed is. Als inerte gassen zijn gebruikt, zullen ze de zuurstof verdringen wat resulteert in een zeer grote kans op verstikking. Een lekkage in een individuele verpakking is een voorbeeld van een relatief eenvoudige oorzaak.

De bekende Dräger-Tube meetmethode is een makkelijke manier om metingen uit te voeren. In slechts een paar minuten, kan de concentratie van de ontsmettingsmiddelen in de container worden bepaald. Afhankelijk van de gemeten concentratie, kan de beslissing worden genomen of de container of ruimte kan worden ingevoerd of geventileerd. Zelfs wanneer een container niet goed is aangegeven of de etikettering niet meer leesbaar is, zal de Dräger meetstrategie helpen bij de identificatie en opsporing van de gassen.

Sinds een aantal decennia zijn de Dräger-buisjes bekend om hun gebruiksgemak en de hoge mate van nauwkeurigheid van de metingen. Zelfs zonder speciale opleiding inzetbaar. De buisjes geven betrouwbare testresultaten. Dräger-buisjes zijn direct klaar voor gebruik. Alles wat u nodig heeft, zijn de bijbehorende buisjes, de Dräger ® accuro handpomp, en de Dräger bar sonde. Door het vergelijken van de veranderende kleur binnen het testbuisje kan een schatting van de gasconcentratie worden gemaakt.

Als het fumigatiemiddel bekend is, wordt de overeenkomstige Dräger-Tube gekozen en de meting uitgevoerd volgens de instructies. Indien het meetresultaat te hoog is, dan wordt de container of ruimte geventileerd. Een nieuwe meting moet periodiek worden gehouden, als de concentratie laag genoeg is, kan de container of ruimte worden vrijgegeven. Als de concentratie gedetecteerd lager is dan de gedefinieerde maximum, kan de container of ruimte worden geopend en gesloten.
De meting van ontsmettingsmiddelen moet plaatsvinden, terwijl de container nog steeds gesloten is. Om dit te doen, plaatst u de Dräger Bar Probe (order code 83 17 188) bv. door middel van de rubberen afdichting van de container deur. De sonde moet worden gebruikt om de rubberen afdichting van de container en duw deze zo ver mogelijk in de container. De Dräger-buisjes dienen vervolgens te worden opgesteld voor het meten. De nodige slagen van de pomp voor de meting moet vervolgens worden gemaakt met behulp van de Dräger gasdetectie pomp. Als het fumigatie middel niet bekend is, is het gebruik van de Dräger Fumigatie test kit aanbevolen om te bepalen welke stof is gebruikt.
Met deze test set is mogelijk vijf gassen op hetzelfde moment te meten: Ammoniak of Ethyleenoxide, Methylbromide, Blauwzuur, Fosfine en Formaldehyde.
Bovendien moeten de volgende Dräger buisjes worden gebruikt voor de meting van ethyleenoxide, kooldioxide en sulfurylfluoride:
Ethyleenoxide 1 / een meetbereik 1 tot 15 ppm, Carbon Dioxide 0,1% / a Meetbereik 0,1 tot 1,2 Vol .-% en Sulfurylfluoride 1 / een meetbereik 1 tot 5 ppm.
Wanneer een of meer gassen aanwezig zijn, moet de container of ruimte wordt geventileerd met lucht voordat de individuele Dräger Buisjes worden gebruikt voor een periodieke keuring van de concentraties van de desbetreffende gassen.
Indien personeel moeten worden uitgerust met persoonlijke ademluchttoestellen voor de meting van zuurstof, dan biedt Dräger een complete lijn van meet- en waarschuwingssystemen aan voor dit doel.
Om vast te stellen of er een potentieel risico van ontploffing, moet Dräger meet- en waarschuwingssystemen uitgerust worden met een infrarood-sensor Ex. Gas detectoren die katalytische ex-sensoren gebruiken, zijn niet geschikt omdat ze niet werken in een inerte atmosfeer.